De Japanse uitgever Shinkyo Shuppansha steekt zijn nek uit door ‘Geknakte Bloem’, het boek met getuigenissen van ‘troostmeisjes’, op de Japanse markt uit te brengen.
Het boek dat is geschreven door Marguerite Hamer-Monod de Froideville, vertelt de waargebeurde verhalen van 8 vrouwen die gedurende de Tweede Wereldoorlog in het voormalig Nederlands-Indië door de Japanse bezetter gedwongen waren om als seksslavinnen te werken………
“Het is heel bijzonder dat dit boek in Japan verschijnt”, zegt Mark Murkes van uitgeverij Elmar. “In Japan heerst vooral ontkenning over deze zwarte bladzijde uit de Japanse geschiedenis. De burgemeester van Osaka heeft recent nog over ‘troostmeisjes’ gezegd dat dit noodzakelijk was en dat dit soort verschijnselen bij oorlog horen.”
De uitgeverij heeft de rechten voor lokale publicatie verworven nog voordat de Nederlandse versie verschenen is. Murkes: “Het is een uitgeverij van protestants christelijke signatuur. Ze geven het boek uit vanuit sociaal maatschappelijk perspectief.”
Het contact met de uitgeverij is tot stand gekomen via de vertaler en adviseur van ‘Geknakte bloem’, professor doctor Muraoka. Het is een Japanner die de geschiedenis goed kent en die ook de vertaling naar het Japans zal verzorgen.
In Nederland verschijnt het boek op de 13e van deze maand. De Japanse versie volgt in september en zal zowel op paier als digitaal worden uitgegeven.
In het voormalige Nederlands-Indië werden naar schatting 30.000 inheemse vrouwen opgepakt om gedwongen als troostmeisje tewerkgesteld te worden in Japanse legerbordelen. Ook Nederlandse en Nederlands-Indische vrouwen werden aangewezen voor de Japanse militaire bordelen, zowel binnen als buiten de kampen.
Lees ook:Obama wil zaak seksslavinnen van Japan voor eens en altijd schikken
Lees ook:Japan wil niet weten van seksslavinnen tijdens WO II
Lees ook:Japanse historici betitelen troostmeisjes uit WO II als normaal verschijnsel
Lees ook:Japanse historici roepen op tot waarheid over gedwongen seks door ‘troostmeisjes’
Lees ook:Zogenaamde ‘troostmeisjes’ verdienen excuses